Gebrek aan tijdspad in gemeentelijke warmtetransitieplannen baart netbeheerders zorgen

In 53% van de gemeentelijke Transitievisies Warmte ontbreekt een tijdspad, zodat niet duidelijk is wanneer de werkzaamheden beginnen of moeten eindigen. Netbeheer Nederland vreest dat er richting 2030 een stuwmeer aan projecten zal ontstaan. Dat brengt de uitvoering in gevaar.

Branchevereniging Netbeheer Nederland maakte een analyse van de gemeentelijke warmteplannen, zoals die zijn gepubliceerd in de Transitievisies Warmte. Elke gemeente moest voor eind vorig jaar een dergelijke visie publiceren, met daarin een plan voor wanneer welke wijk van het aardgas af zou gaan, en voor welk alternatief zou worden gekozen. Die visies moeten nu worden uitgewerkt in wijkuitvoeringsplannen.

De brancheorganisatie concludeert dat in 53% van de visies een tijdspad ontbreekt, dat minder dan de helft van de visies (41%) een startwijk aanwijst en nog geen derde van de gemeenten (31%) noemt een einddatum waarop de startwijk van het aardgas af moet zijn. Slechts 16% van de gemeenten wijst een startwijk aan, noemt een begindatum en een beoogde realisatietermijn. Dat baart de branchevereniging zorgen, want de warmtetransitie heeft gevolgen voor de bestaande aardgas- en elektriciteitsnetten.

De netbeheerders kampen al met een enorme verzwaring van het net de komende jaren en een enorm tekort aan personeel. Er is afgesproken dat in 2030 de eerste anderhalf miljoen woningen van het aardgas af zouden zijn (en in 2050 de hele gebouwde omgeving) maar als de gemeenten geen haast maken met de plannen, dan ontstaat er richting 2030 een stuwmeer aan projecten. En de netbeheerders kunnen dan niet de benodigde aanpassingen aan het net uitvoeren. Netbeheer Nederland roept Rijk en gemeenten dan ook op om haast te maken.

Daarin staan de netbeheerders niet alleen, bleek deze donderdag tijdens het congres Programma Aardgasvrije Wijken. Nu de energiefacturen stijgen door de oorlog in Oekraïne en de afhankelijkheid van Russisch gas als een zware last wordt ervaren, is het draagvlak voor de warmtetransitie groter dan ooit, zei minister Hugo de Jonge (Volkshuisvesting en Ruimtelijke Omgeving, CDA) tijdens zijn openingsspeech: “Het is niet alleen de groene voorhoede, het is de goegemeente die omwille van Groningen, omwille van Parijs, maar ook omwille van de afhankelijkheid van Russisch gas, de omslag wil maken met meer tempo dan de afgelopen jaren gelukt is.”

Op de korte termijn is het energiebesparing wat de klok slaat, aldus de minister, en daarvoor hoeft niet te worden gewacht op Brussel: “Dat kunnen we nu zelf doen.” Met zijn ministerskompaan Rob Jetten (Klimaat en Energie, D66) werkt hij aan een plan om energie te besparen en om de afhankelijkheid van Russisch gas af te bouwen. Verder memoreerde de minister dat er “astronomische bedragen” zijn vrijgemaakt voor de verduurzaming van woningen. “Het is nog de kunst om dat op korte termijn verstandig uit te geven”, aldus De Jonge. De bevoegdheden waar gemeenten al zo lang om vragen, zoals het kunnen aanwijzen van wijken die van het gas afgesloten zullen worden, zitten er ook aan te komen. Een nationaal programma voor de warmtetransitie moet gemeenten gaan ondersteunen. “Regels en pegels, dat is belangrijk”, vatte de minister het samen.Bron: Energeia, 10 maart 2022