ACM wil met gemeenten uitrol van glasvezel coördineren

De komende 5 jaar worden 4 tot 5 miljoen huizen voorzien van glasvezel. De ACM (Autoriteit Consument & Markt) wil samen met gemeenten een coördinerende rol spelen in de uitrol van glasvezel. Dat moet voorkómen dat verschillende aanbieders kort na elkaar aan het graven slaan in dezelfde woonomgeving. Dat zou overcapaciteit creëren met verschillende netwerken, terwijl in landelijke gebieden nog te veel huishoudens van glasvezel verstoken blijven.

De ACM ziet een positieve trend in de Nederlandse markt van glasvezel. Waar er in 2019 nog ongeveer 180.000 huishoudens op glasvezel werden aangesloten, is dat aantal in 2020 gestegen tot ongeveer 500.000. In totaal beschikken ongeveer 3,7 miljoen van de 8 miljoen huishoudens in Nederland nu over een glasvezelaansluiting. De coronacrisis, met een aanzienlijke groei van thuiswerk en thuisonderwijs, heeft de ontwikkeling een boost gegeven. Dit staat in het rapport ‘Update marktstudie uitrol van glasvezel in Nederland’, dat op 6 mei verscheen.

Puzzel
In 2019 publiceerde de ACM zijn eerste versie van het ‘levende document’ om regie aan te brengen in de ontwikkeling rond de beschikbaarstelling van glasvezel. De ACM houdt zich met dit onderwerp bezig om te voorkomen dat de markt van vraag en aanbod van hoge bandbreedtes aan huishoudens en bedrijven vastloopt. Een soepele uitrol, een dekkend netwerk van glasvezel, gezonde mededingingsverhoudingen, en hinderbeperking; dat is de puzzel die overheid en marktpartijen moeten leggen.

Aanbod spreiden
In stedelijke gebieden legden meerdere aanbieders eigen netwerken aan. Dat is hun goed recht, maar het leidde tot overlast door elkaar opvolgende graafwerkzaamheden. Bovendien waren nog lang niet alle consumenten zo ver dat ze de overstap maakten, omdat zij voor de retaildiensten die ze gebruikten ook konden volstaan met het reeds aanwezige kabelnetwerk. Dat maakte glasvezel moeilijk exploiteerbaar. In buitengebieden waren de kosten per aansluiting zo hoog dat daar onvoldoende aanbod werd gerealiseerd, terwijl het wenselijk is dat op termijn iedereen de beschikking heeft over glasvezel. Er zou dus meer effort moeten naar rurale gebieden en minder naar de stad.

Denkrichtingen
De eerste denkrichting die de ACM aangaf betrof co-investering als gewenste oplossing. Het idee was dat meerdere glasvezelpartijen gezamenlijk investeren in de brede uitrol van glasvezel, en elkaar open toegang tot dit netwerk bieden. De ACM beloofde hen hierbij niets in de weg te leggen. Dat wilde zeggen: na instemming van de ACM met een overeenkomst tussen partijen zou hun nieuwe netwerk niet in aanmerking komen voor ex-ante toegangsregulering. Tot dusver is er echter weinig interesse voor dergelijke co-investeringsovereenkomsten.
De volgende zet is een denkrichting waarbij gemeenten proberen om samen met partijen tot geografische coördinatie van gebiedsselectie te komen.

Gebiedsselectie
Gebiedsselectie houdt in dat een gemeente telecomaanbieders kan verzoeken om in verschillende gebieden te beginnen met de uitrol van glasvezel, in plaats van dat zij vlak na elkaar dezelfde gebied(en) van een dubbele glasvezelaansluiting voorzien. Dat voorkomt overcapaciteit, graafhinder en risico’s op graafschade aan een eerder uitgerold netwerk. Tegelijkertijd moet natuurlijk het recht op mededinging overeind blijven, dus het luistert nauw met de sturing. Op de langere termijn, wanneer heel Nederland de overstap naar glasvezel wél maakt, is exclusiviteit van één glasvezelaanbieder juist weer onwenselijk, en is concurrentie een noodzakelijke voorwaarde voor een goed functionerende markt.

Bereidwilligheid
De coördinatie van graafwerkzaamheden door de gemeente is (evenals bij co-investering) afhankelijk van de bereidwilligheid van telecomaanbieders. Als die onvoldoende zou bestaan onder telecomaanbieders, rest een gemeente alleen een actief beleid van graafhinderbeperking. Daarmee kan de gemeente duplicatie van recent aangelegde glasvezelnetwerken voor een bepaalde periode uitstellen.

Overleg
Met de update van het levend document met denkrichtingen stelt de ACM zich op als partner van gemeenten om tot goede coördinatie te komen. Doel is een snelle uitrol en dekkend netwerk van glasvezel, in een gezond functionerende markt. Op het VNG-forum 5G en Digitale Connectiviteit kunnen gemeenten van gedachten wisselen over de grootschalige uitrol die nu plaatsvindt en het rapport en de denkrichtingen uit het ACM-rapport.

Bron: OTAR, 9 mei 2021